Politie doet onderzoek na steekpartij op Marconiplein.© MediaTV

De Rotterdammer die in mei vorig jaar de 28-jarige Mustafa doodstak op het Marconiplein in zijn woonplaats heeft het stervende slachtoffer gefilmd met zijn mobieltje. Hij riep daarbij teksten als ‘k-hond’ en ‘je bent k-dood, hè’. Boven de man die op de grond lag, bracht hij ook zijn grote, met bloed besmeurde mes in beeld. Woensdag stond Jaymyro (24) voor de rechter.

“Vindt u het terecht dat u hier zit?”, wil de officier van justitie van de verdachte weten.
“Ja, eigenlijk wel”, antwoordt Jaymyro. “Het is heel heftig wat er is gebeurd.”

De Rotterdammer – halflang krulhaar, bril, zwart baardje, afzakkende spijkerbroek – doelt op de 12e mei van vorig jaar. De zondag waarop hij in de ochtendschemering Mustafa aanviel met een bajonet en hem daarna hulpeloos achterliet. Het slachtoffer overleefde de aanval niet. Hij stierf ter plekke, bij metrostation Marconiplein, 28 jaar oud.

‘Jij hebt je eigen leven ook vergooid’

Nabestaanden van het slachtoffer zijn deze woensdag in grote getale naar de rechtbank in Dordrecht gekomen. Ze zien de man, die hun zoon/broer/neef heeft omgebracht voor het eerst. Bij eerdere, inleidende zittingen kwam hij nooit opdagen.

Mustafa’s vader en zijn zus maken gebruik van hun spreekrecht. De vader zegt een paar keer hoe erg hij het vindt dat Jaymyro zijn zoon nog trapte toen die weerloos – met acht messteken en drie snijwonden – op de grond lag. De zus richt zich aan het einde van haar verklaring rechtstreeks tot de verdachte met de woorden: “Jij hebt je eigen leven ook vergooid.”

Voor Jaymyro is er deze woensdag niemand anders in de zaal dan zijn advocaat. De verdachte zegt dat dat zo is afgesproken. “Ik schaam me”, zegt hij tegen de rechtbank.
“Wilt u uw familie ook beschermen tegen wat ze hier zouden horen?”, vraagt een van de drie rechters.
“Ja”, geeft Jaymyro toe. “Ze weten nog niet alles.”

Politie doet onderzoek na steekpartij op Marconiplein.© MediaTV

‘Ik steek hem gelijk, broer’

Op de 12de mei gaat de verdachte na een avondje stappen een sigaretje roken bij Marconiplein, vertelt hij. Daar komt hij rond 04:45 uur Mustafa tegen, die een behoorlijk beschonken indruk maakt. “Hij vroeg mij om geld. En hij was een vrouw die ik kende aan het lastigvallen”, zegt Jaymyro. “We kregen een discussie.”

Jaymyro besluit kort daarop naar zijn logeeradres te gaan: het huis van zijn moeder en zijn stiefvader, in Spangen. Op zijn telefoon spreekt hij die vroege ochtend een audio-boodschap in voor een vriend. Hij vertelt dat hij boos is op de man die bij hem om ‘doekoe’ (geld) kwam vragen. En kondigt aan wat hij van plan is: “Ik steek hem gelijk, broer. Ik heb zo’n k-machete op mijn heup.”

‘Ik heb een ‘niffy’ bij me’

Als Jaymyro even na vijven terugkomt op het Marconiplein staat daar een politiebusje en bekommeren agenten zich om de dronken Mustafa. Jaymyro filmt wat hij ziet en spreekt in: “Hij heeft geluk dat de politie er is. Ik heb een k-grote niffy (mes) bij me.”

Als de rechters hem over die teksten ondervragen, zegt de verdachte dat het hem ‘stoer’ leek om zulke filmpjes te maken. Hij wilde er indruk mee maken op zijn vrienden. Een mes? Dat had hij eigenlijk altijd wel op zak, die ochtend dus niet uitgezonderd. Maar écht steken? Nee, dat is hij nooit van plan geweest. Hij moest echter wel, zegt Jaymyro. Omdat hij, nadat de agenten verdwenen waren, wéér woorden kreeg met Mustafa. En omdat die hem belaagde. “Hij bleef maar achter me aan lopen. Ik voelde me geïntimideerd.”

Er zijn schermen geplaatst op de plek waar de man is aangetroffen© MediaTV

Kil en afstandelijk

Het is de eerste keer dat de verdachte zijn verhaal doet. Tijdens eerdere verhoren – bij de politie en de rechter-commissaris – heeft hij vooral gezwegen. En ook in het Pieter Baan Centrum (PBC), waar verdachten psychologisch worden onderzocht, hield hij zes weken lang de kaken op elkaar. Hij deed er wel iets anders: drugs binnensmokkelen in zijn schoenen. En was agressief, naar het personeel.

Omdat Jaymyro niet meewerkte, heeft het PBC geen compleet rapport over hem kunnen schrijven. Maar op grond van het waargenomen gedrag – in de leefgroep en tijdens het sporten – is toch een conclusie getrokken: een anti-sociale persoonlijkheidsstoornis, waardoor hij steeds opnieuw in de problemen komt. Ook heeft hij vermoedelijk een verstandelijke beperking, al weet hij die – omdat hij goedgebekt is – aardig te maskeren. De deskundigen omschrijven hem verder als ‘kil en afstandelijk’.

Jaymyro kan zich niet in dat beeld herkennen. Hij heeft een hekel, zegt hij, al aan die psychologische etiketten. Misschien komt dat wel door de tijd die hij vanaf zijn veertiende in allerlei jeugdinstellingen heeft doorgebracht. “Ze geven je gelijk het stempel onhandelbaar, een slecht persoon.”

Niet van plan om te steken

“Deze verdachte ontkent zijn gedrag voortdurend”, zegt de officier van justitie tegen het einde van de zitting. “Ik zie hem geen berouw tonen over wat hij heeft gedaan. Maar hij heeft iemand van 28 jaar het meest kostbare afgenomen wat hij had: zijn leven.”

Wat haar betreft gaat Jaymyro 18 jaar de cel in voor moord en moet hij daarna naar een tbs-kliniek om behandeld te worden voor zijn psychische problemen.

Jaymyro’s advocaat heeft een heel andere mening. Hij stelt dat zijn cliënt zich op de noodlottige zondagmorgen heeft verweerd tegen de opdringerige Mustafa, die veel groter en sterker was en bovendien steeds dreigend zijn hand bij zijn broekzak hield. Zat daar misschien een wapen in?

Jaymyro zou helemaal niet van plan zijn geweest om te steken, maar uit noodweer hebben gehandeld. Hij wil dat zijn cliënt wordt ontslagen van rechtsvervolging.

Sorry

Het laatste woord is woensdagmiddag laat aan de verdachte. Die haalt een A4’tje te voorschijn uit zijn broekzak en leest voor. “Ik wil sorry zeggen tegen de nabestaanden”, klinkt het. “Want ik heb veel verdriet en schade aangericht. Het was niet mijn intentie om iemand te doden. De daad was slecht. Maar dat wil niet zeggen dat ik ook een slecht persoon ben.”

De rechter doet op 5 november uitspraak.